Zoals veel rassen kan de Duitse Pinscher getroffen worden door verschillende erfelijke oogaandoeningen en heupdysplasie (die de mobiliteit kunnen verstoren). Daarom is het belangrijk om de ogen en heupen van honden te laten onderzoeken voordat ze gaan fokken.
Wat u moet weten :
- Hond die geschikt is voor baasjes met een beetje ervaring
- Enige training nodig
- Gaat graag actief wandelen
- Gaat graag een of twee uur per dag wandelen
- Middlematige hond
- Een beetje kwijl
- Moet wekelijks verzorgd worden
- Geen hypoallergeen ras nodig
- Hond die veel blaft
- Waakhond. Blaft en verwittigt.
- Moet misschien getraind worden om met andere dieren samen te wonen.
- Moet misschien getraind worden om met kinderen samen te wonen.
Persoonlijkheid
Dit is een dapper en alert ras dat een actieve omgeving nodig heeft, en ervaren baasjes , die hem kunnen socialiseren, trainen en managen. Deze opgewekte hond neemt gemakkelijk een loopje met een onervaren baasje! In het juiste gezin is hij een loyale, fijne hond die je verschillende dingen kunt aanleren.
Oorsprong
De Duitse pinscher heeft dezelfde afkomst als de dobermann, die groter is, en de dwergpinscher, die kleiner is. Dit is een boerderijhond, wiens voorvaderen in de 15e eeuw al bestonden. Hij werd gebruikt als waakhond en rattenvanger. Oorspronkelijk waren er twee varianten (de standaard schnauzer heeft zich waarschijnlijk ontwikkeld uit de ruwharige pinscher-variant). De Duitse Kennelclub registreerde de Duitse pinscher in 1879.