De Australian Shepherd is over het algemeen een gezonde hond. Niettemin kan het, zoals veel rassen, erfelijke oogaandoeningen en heupdysplasie hebben (een ziekte die de mobiliteit kan verstoren). Oogonderzoek en radiologische evaluatie van de heupen zijn daarom essentieel voor elke reproductie.
- Hond die geschikt is voor baasjes met een beetje ervaring
- Enige training nodig
- Gaat graag uitgebreid wandelen
- Gaat graag meer dan twee uur per dag wandelen
- Middlematige hond
- Een beetje kwijl
- Moet om de dag verzorgd worden
- Geen hypoallergeen ras nodig
- Hond die veel blaft
- Waakhond. Blaft en verwittigt.
- Moet misschien getraind worden om met andere dieren samen te wonen.
- Moet misschien getraind worden om met kinderen samen te wonen.
Persoonlijkheid
Deze hond heeft een sterk instinct om te hoeden en maakt graag deel uit van het gezinsleven. Hij is helemaal in zijn element als hij bij zijn baasjes is. In eerste instantie zijn ze gereserveerd richting onbekenden, dus vroege socialisatie is belangrijk. Voortdurende training en een combinatie van fysieke en mentale uitdaging is ook belangrijk, want deze hond is behoorlijk intelligent en energiek.
Oorsprong
Verrassend genoeg is de Australische herder eigenlijk Amerikaans! Herders in de Baskische regio van de Pyreneeën namen eind 19e en begin 20e eeuw kleine 'blauwe' honden mee naar de VS om schapen te hoeden. 'Australische' verwijst naar de schapen die vanuit Australië werden geïmporteerd. Volgens een andere theorie immigreerden de honden eerst naar Australië en vervolgens naar de VS. Toen ze eind 19e eeuw aankwamen in het Zuidwesten van de Verenigde Staten werden ze in eerste instantie gekruist met andere herdershonden, om hun werkcapaciteiten te verbeteren. In 1957 werd er in de VS een fokkersvereniging opgericht.