Zoals veel rassen kan de Riesenschnauzer last hebben van verschillende erfelijke oogaandoeningen en heupdysplasie (een ziekte die de mobiliteit kan verstoren). Oogtesten en een röntgenonderzoek van de heupen zijn daarom essentieel vóór elke voortplanting. Epilepsie en een bepaald type vingerkanker komen ook relatief vaak voor bij dit ras.
- Hond die geschikt is voor baasjes met ervaring
- Uitgebreide training nodig
- Gaat graag uitgebreid wandelen
- Gaat graag een of twee uur per dag wandelen
- Grote hond
- Minimale kwijl
- Moet om de dag verzorgd worden
- Hypoallergeen ras
- Kletsende en vocale hond
- Waakhond. Blaft, verwittigt en beschermt fysiek.
- Moet misschien getraind worden om met andere dieren samen te wonen.
- Moet misschien getraind worden om met kinderen samen te wonen.
Persoonlijkheid
De riesenschnauzer ziet er groot en imposant uit, maar heeft een opgewekt karakter. Hij kan goed overweg met andere honden en huisdieren, hoewel het belangrijk is om hem vroeg te socialiseren en kennismakingen zorgvuldig te begeleiden. Ze kunnen vaak beter overweg met honden van het andere geslacht. Het is een natuurlijke waakhond, die alert is en gaat blaffen om je aandacht te trekken, indien nodig.
Oorsprong
Land van herkomst: Duitsland
De riesenschnauzer stamt af van een middelgrote ruwharige pinscherachtige hond die in de 15e eeuw in het Duitse Beieren werd gebruikt om ratten te vangen en andere taken te doen op de boerderij. De drie verschillende schnauzerhonden stammen af van deze hond. In de 19e eeuw werden deze honden gekruist met grotere herdershonden en mogelijk de Duitse dog. Daaruit ontstond de grote riesenschnauzer die we nu kennen. Deze hond werd gebruikt om vee naar de markt te drijven en wordt tegenwoordig veel gebruikt door politie en beveiliging.