Abessijnse katten zijn elegante, middelgrote katten met een sterk, tenger lichaam en lange, slanke poten. Ze hebben een ronde, iets uitgerekte kop met een opvallend plukje bovenaan de oren en grote amandelvormige ogen. De korte, dichte vacht van een abessijn heeft een typische gestippelde look, omdat elke haar verschillend gekleurde stroken heeft. De bekendste kleur is rossig, maar er zijn nog verschillende andere kleuren.
De Abessijnse kat is rustig, intelligent, nieuwsgierig en geniet van menselijk gezelschap. De kat houdt ook van ruimte en activiteit, is een goede klimmer en waardeert een tuin vol bomen en hoge plaatsen. Abessijnse katten zijn speels maar hebben wel gezond verstand: ze zijn niet te roekeloos!
Land van oorsprong: Abessinië (Ethiopië)
Andere namen: Abys, Bunny cat (konijnkat)
De Abessijnse kat lijkt op de Afrikaanse wilde kat, de voorouder van de huiskat. De geschiedenis van de abessijn is wat onduidelijk, maar waarschijnlijk werd deze kat rond 1860 via legerpersoneel uit Abessinië (Ethiopië) meegebracht. De vroege Abessijnse katten werden gekruist met Britse kortharen, en later met oosterse rassen. Al sinds lang worden er langharige Abessijnse kittens in nesten aangetroffen en sinds de jaren zeventig worden ze ontwikkeld als een apart ras: de Somalische kat.
